Lijnbaan en Vogelbuurt
De afgelopen jaren is de leefbaarheid in de twee Dordtse buurten Lijnbaan en de Vogelbuurt behoorlijk onder druk komen te staan. De gemeente Dordrecht werkt intensief samen met andere partijen bij het terugdringen van de overlast en doorbreken van de ondermijnende criminaliteit. Met dit onderzoek brengen wij, het Onderzoekcentrum Drechtsteden, in beeld hoe de bewoners begin 2016 tegen de leefbaarheid in de buurt aankijken en verrijken dit met registratiegegevens en feedback van professionals uit beide buurten. Hiermee ligt er een basis om te zien hoe de situatie zich in beide buurten de komende tijd ontwikkelt.
Conclusies
Op basis van dit onderzoek trekken we de volgende conclusies:
- De uitkomsten van de vragenlijst bevestigen het reeds bestaande beeld: de Lijnbaan en de Vogelbuurt zijn twee buurten waar de leefbaarheid behoorlijk onder druk staat. Op de meeste aspecten scoren de buurten duidelijk minder dan Dordrecht als geheel, en vaak ook minder dan de wijk waarin ze liggen (te weten: Noordflank en het Reeland). Of het nu gaat om leefbaarheid, ervaren overlast, het gevoel van onveiligheid of de criminaliteit, de buurten scoren duidelijk lager.
- Op een aantal aspecten komt de Lijnbaan beter voor de dag dan de Vogelbuurt. In tegenstelling tot de Lijnbaan, overtreft in de Vogelbuurt de groep die een achteruitgang ervaart veelal de groep die een verbetering ziet. En in de Vogelbuurt wordt er meer overlast ervaren. Daar staat tegenover dat er in de Lijnbaan meer geregistreerde incidenten zijn rondom overlast en naar verhouding meer jongeren de school verlaten zonder startkwalificatie (VSV).
- Professionals uit beide buurten herkennen veel uitkomsten uit de vragenlijst, maar sommige ook niet. Dat laatste geldt met name voor de lage sociale samenhang, die zij hoger achten in een volksbuurt als de Vogelbuurt en vanwege de vele familiebanden en groeperingen in de Lijnbaan. Ook de mate waarin bewoners overlast ervaren wordt niet altijd herkend, zoals de rommel op straat en vernielingen. Het kantelen van het (historisch negatieve) beeld van bewoners over de eigen buurt lijkt gebaat bij een voortzetting van de intensieve buurtaanpak.
- De uitkomsten van dit onderzoek krijgen meerwaarde als over een jaar de uitkomsten van een herhalingsmeting tegen de uitkomsten van dit onderzoek worden afgezet. Los daarvan is nu al wel duidelijk dat verdere inzet op zowel het verbeteren van de leefbaarheid/sociale samenhang als het tegengaan van overlast (met name rommel op straat, vernieling straatmeubilair, overlast buurtbewoners en rondhangende jongeren) en het bestrijden van de ondermijnende criminaliteit (respectloos gedrag op straat, negeren gezag politie, intimidatie buurtbewoners) zeer wenselijk is voor beide buurten.